Ongelijknamige breuken kleiner dan 1 aftrekken [3]

Breuken - Groep 8 - Aftrekken

Ongelijknamige breuken kleiner dan 1 aftrekken III

Je krijgt 10 vragen

Breuken oefenen Aftrekken

Hier kan je de oefening Ongelijknamige breuken kleiner dan 1 aftrekken [3] maken. In deze oefening krijg je twee breuken te zien. Het doel is om deze twee breuken van elkaar af te trekken. De nieuwe breuk kan ingevuld worden in de antwoordblokken. Wanneer je het antwoord hebt ingevuld kan je op de knop “Antwoord” klikken om je antwoord te controleren.

De oefening Ongelijknamige breuken kleiner dan 1 aftrekken [3] heeft in totaal 10 vragen. Wanneer je meer dan 60% van de vragen goed hebt krijg je een medaille. Aan het einde van de oefening kan je de vragen terugzien waardoor je kan leren van eventuele fouten.

Er wordt gerekend met ongelijknamige breuken en breuken kleiner dan 1. Deze oefening wordt behandeld in groep 7 en 8 van de basisschool.

Rekenen.nl is een leerplatform met digitale lesstof voor de het basisonderwijs. Leerlingen kunnen in de klas en thuis zelfstandig aan de slag met de op maat gemaakte oefeningen.